Wees ook als particulier of overheid alert voor bacterievuur.
Zeker als de domeinen, natuurgebieden, parken of tuinen dicht bij professionele kwekers of telers liggen.
Bacterievuur is een vervelende plantenziekte die vooral fruitkwekers (appel en peer), maar ook boomtelers kopzorgen baart. Toch ben ook jij betrokken partij. Want infectie komt niet alleen in boomgaarden voor.
Naast appel- en perenbomen zijn nog planten gevoelig voor de ziekte. Vele van die waardplanten komen frequent in openbare domeinen en natuurgebieden voor.
Ook heel wat sierstruiken zijn gevoelig voor de ziekte. Als parken en tuinen ‘geïnfecteerd’ zijn, vormen ze op die manier een mogelijke bron van nieuwe infectie.
Bacterievuur is een bacteriële plantenziekte (bacterie Erwinia amylovora). De naam "bacterievuur" wijst al op het karakteristieke van de ziekte. De symptomen zijn duidelijk herkenbaar (zie onder 'kenmerkende ziektebeelden'). De ziekte valt niet te ‘genezen’ want chemische gewasbescherming is niet mogelijk.
Kenmerkende ziektebeelden (PDF, 169 kB)
Met dank aan de fotografen Tom Deckers en Frans Goossens
Ook typisch: bij het aansnijden van de schors van de takken is er een oranjeachtige verkleuring onder de bast
De verspreiding gebeurt tijdens warm en broeierig weer op het moment dat planten via bloesems, jonge scheuten of beschadigde plantendelen infecteerbaar zijn. Tijdens de hoofdbloei zijn de weersomstandigheden vaak niet ‘gunstig’ genoeg. De infectiedruk is het hoogst via de nabloei tijdens warme, vochtige voorjaarsdagen. Na de nabloei kan infectie via jonge, sappige scheuten. Tijdens de zomer zorgen storm en hagelbuien vaak voor een verhoogde infectiedruk.
De ziekte houdt grote risico’s in voor professionele fruitkwekers en boomtelers. Geïnfecteerde planten(delen) moeten immers vernietigd worden. Dat levert een pak productieverlies op! Naast deze minderopbrengst is er een verhoogde arbeidskost om de ziekte via intensief snoeiwerk in te dijken. Het rooien van geïnfecteerde bomen zorgt ook de volgende jaren voor een verminderde productie. De jaren 2007 en 2008 waren jaren met een hoge infectiedruk, wegens ‘gunstige’ omstandigheden voor de verspreiding van de ziekte. Ook in 2009 kregen een aantal telers harde klappen. De kwekers/telers zelf doen alles om binnen hun kwekerij de ziekte onder controle te houden, maar dat is niet genoeg. Een flink pak ‘infectiedruk’ speelt zich namelijk af buiten de kwekerij, op alle mogelijke voor bacterievuur vatbare planten …
Om het even ‘gewichtig’ uit te drukken, het is onze/jouw maatschappelijke plicht om de infectiedruk van bacterievuur zo laag mogelijk te houden.
Denk dus tweemaal na voordat je overweegt om nieuwe planten die gevoelig zijn voor bacterievuur aan te planten. (zie 'Welke plantensoorten zijn gevoelig voor bacterievuur). En als je weet hebt dicht bij kwekers/telers te wonen, doe je dit beter ronduit niet.
Verder is het belangrijk dat je
Heb je voor bacterievuur gevoelige planten in beheer of in de tuin? Wees dan zo goed om ze regelmatig te controleren op infectie, minstens vanaf het begin van de bloei, daarna op regelmatige basis.
Lang niet alle planten zijn gevoelig voor bacterievuur. Enkel de zogenaamde 'waardplanten' zijn gevoelig voor bacterievuur en kunnen dus geïnfecteerd worden.
Het zijn bijna allemaal soorten uit de Rozenfamilie!
Hieronder een overzicht van de belangrijkste waardplanten met hun typerende kenmerken (blad, vrucht, bloei, groeivorm, …), zodat herkennen hopelijk makkelijk wordt.
Bekijk meer afbeeldingen* van belangrijke waardplanten (PDF, 302 kB)
In de PDF vind je ook afbeeldingen van Meidoorn (Crataegus), Dwergmispel (Cotoneaster), Mispel (Mespilus), Kweepeer (Cydonia), Japanse kwee (Chaenomeles), Vuurdoorn (Pyracantha) en Krentenboompje (Amelanchier).
*Met dank aan de fotografen Edwin Van Nuyl, Jaap Cost Budde, Bur, Fried Kampes, Anne Tanne, Rogier van Vugt, Elke, Nelly, Cees en Ollander
Ook enkele minder bekende soorten zijn gevoelig, zoals de Meelbes (een ‘broer’ van de Lijsterbes), de Glansmispel (Photinia) en de Wolmispel (Eriobotrya).
Het mijden van fruitbomen zoals appel en peer zou ons te ver leiden. Wel kan bij aanplant kortbij kwekers/telers rekening gehouden worden met de rasgevoeligheid voor bacterievuur van appel- en perenbomen. Het ene ras is immers gevoeliger dan het andere.
Zie ook:
Voor de andere waardplanten is wel een goed alternatief te vinden, dat even goed staat in tuin, park of bos.
Genezing van de ziekte met chemische middelen (antibiotica) is niet mogelijk!! Laat je op dat vlak niets wijsmaken …!
Bij de vaststelling van de ziekte moet je onmiddellijk ingrijpen, dat is zelfs wettelijk verplicht!
Ziektehaarden moeten opgeruimd worden door de zieke plantendelen weg te snoeien, tot minstens 50 cm (!) onder de zichtbare aantasting. Doe dit op alle mogelijk manieren zeer omzichtig (zodat je de ziekte tijdens de werkzaamheden niet verder verspreidt) :
Bij te grote infectie rooi je de boom of struik beter helemaal. Onthoud in het geval van bacterievuur dat zachte heelmeesters stinkende wonden maken.
Hoewel Vlaanderen verbranding in openlucht uitdrukkelijk verbiedt, is er voor bacterievuur een uitzondering gemaakt. Bacterievuur is immers een schadelijk organisme waarvan de bestrijding wettelijk verplicht is door zowel Europa als België. Het is dus logisch dat de beste manier om bacterievuur te bestrijden nog toegelaten wordt, namelijk genadeloos insnoeien en onmiddellijke lokale verbranding.
Hoewel wettelijk toegelaten, is het voor velen niet zo evident om te verbranden, aangezien verbranden in openlucht steeds op meer dan honderd meter uit de buurt van huizen, bossen, boomgaarden, hagen, graan, stro, … moet blijven.
Verkeer je in de onmogelijkheid om te verbranden, breng dan het snoeihout in een afgesloten verpakking naar de verbrandingsoven te brengen. Daar moet het met verpakking en al daadwerkelijk verbrand worden, en niet gecomposteerd.
Ben je zelf fruitteler?
Lees meer over het verbranden van snoeihout: hoe omgaan met geïnfecteerd snoeihout voor fruittelers (.docx, 25 kB)
1) Ontsmet snoeimessen geregeld (bijvoorbeeld met onverdunde Dettol): niemand doet het, maar het is zóóó belangrijk!
2) Dek snoeiwonden en andere beschadigingen af met een wondafdekmiddel (zoals koperhoudende pasta of een koperoplossing) .
3) Verwijder nabloei bij fruitbomen
4) Om bloei te vermijden hoort iedereen zijn meidoornhagen te scheren tijdens de winter (waardoor je veel bloemknoppen mee wegscheert). De bloesems zijn immers één van dé toegangspoorten voor de bacterie tot de plant.
Verschillende overheidsdiensten op zowel Vlaams, Provinciaal als Gemeentelijk niveau en de sector maakten afspraken rond schouwing, bestrijding, aanplant en communicatie.
De acties worden gebundeld in de afsprakennota ‘aanpak bacterievuur’ (PDF, 55 kB). Bij de afsprakennota hoort een overzichtskaart bacterievuur in West-Vlaanderen (PDF, 12,5 MB) met aanduidingen van de beroepsmatig uitgebate fruitteeltpercelen (en boomkwekerijpercelen) en hun perimeters.
De afsprakennota kwam tot stand in de technische werkgroep bacterievuur, opgericht op initiatief van gedeputeerde Bart Naeyaert. In deze werkgroep zetelen vertegenwoordigers van de West-Vlaamse Pomologische vereniging, het proefcentrum voor de fruitteelt, de vakorganisaties, de Vlaamse Landbouwadministratie, de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos, het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, het Provinciaal Centrum voor Landbouw en Milieu, de regionale landschappen, de provinciale administratie en een vertegenwoordiger van de Gouverneur.
De bestrijding van bacterievuur is verplicht door de Europese en de Belgische wetgeving. Er geldt een Koninklijk besluit i.v.m. bacterievuur (PDF, 566 kB) van 23 juni 2008 met maatregelen om het binnenbrengen en het verspreiden van bacterievuur (Erwinia amylovora (Burr.) Winsl. et al.) te voorkomen.
Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) is de Belgische federale overheidsdienst die instaat voor de controle op de naleving van deze wet. De buitendiensten die hiervoor instaan zijn gegroepeerd in 5 Provinciale Controle Eenheden (PCE).
Er geldt een meldingsplicht en bij vaststelling van bacterievuur dient dit gemeld te worden aan de PCE van uw provincie. In de folder 'bacterievuur' van het FAVV (PDF, 151 kB) vind je de adressen.
De uitwerking van de website werd mede mogelijk gemaakt dankzij het Interregproject Solabio (PDF, 1,7 MB) (INTERREG IV Grensregio Vlaanderen-Nederland)